Transportgerelateerde Finse woordenschat

Transport is een essentieel onderdeel van ons dagelijks leven, en het leren van transportgerelateerde woordenschat in een nieuwe taal kan bijzonder nuttig zijn. In dit artikel zullen we enkele belangrijke Finse woorden en uitdrukkingen bekijken die verband houden met transport, compleet met definities en voorbeeldzinnen.

Auto
Een gemotoriseerd voertuig met vier wielen, gebruikt voor het vervoeren van personen.
Minulla on uusi auto.

Bussi
Een groot gemotoriseerd voertuig ontworpen om meerdere passagiers te vervoeren, gebruikt voor openbaar vervoer.
Bussi pysähtyy joka asemalla.

Juna
Een reeks aaneengeschakelde wagons die op spoorrails rijden, veelal gebruikt voor het vervoeren van passagiers of goederen.
Juna lähtee asemalta kello kuusi.

Laiva
Een groot watertransportmiddel, gebruikt voor het vervoeren van mensen of goederen over water.
Laiva lähtee satamasta aamulla.

Polkupyörä
Een tweewielig voertuig dat wordt aangedreven door pedalen.
Polkupyörä on nopea ja kätevä kaupungissa.

Lentokone
Een vliegtuig gebruikt voor het vervoeren van passagiers of goederen door de lucht.
Lentokone laskeutuu kentälle iltapäivällä.

Taksi
Een auto beschikbaar voor huur met een chauffeur, gebruikt voor het vervoeren van passagiers naar hun gekozen bestemming.
Soitan taksin lentokentältä hotelliin.

Metro
Een soort elektrische trein die ondergronds op speciale sporen rijdt, veel gebruikt in grote steden.
Metro on nopein tapa matkustaa kaupungin halki.

Raitiovaunu
Een voertuig dat op rails rijdt, meestal binnen een stedelijke omgeving.
Raitiovaunu pysähtyy jokaisella pysäkillä.

Moottoripyörä
Een tweewielig motorvoertuig, sneller en wendbaarder dan een auto.
Moottoripyörä on ketterä liikenteessä.

Vene
Een klein tot middelgroot vaartuig, vaak gebruikt voor recreatieve doeleinden of visvangst.
Vene lipuu hiljaa järven yli.

Satama
Een plaats waar schepen aanmeren en hun lading laden of lossen.
Satama on täynnä erilaisia laivoja.

Asema
Een plaats waar treinen of andere vervoermiddelen passagiers oppikken of afzetten.
Asema on täynnä ihmisiä odottamassa junaa.

Pysäkki
Een gemarkeerde plaats langs een route waar bussen of trams stoppen om passagiers te laten in- of uitstappen.
Pysäkillä on kymmenen ihmistä odottamassa bussia.

Kaasupoljin
Het pedaal in een auto dat gebruikt wordt om de snelheid te verhogen.
Painoin kaasupolkinta kiihdyttääkseni.

Jarru
Het mechanisme gebruikt om een voertuig te vertragen of te stoppen.
Jarrutin äkillisesti välttääkseni onnettomuuden.

Het leren van deze basiswoorden over transport in het Fins kan u helpen om effectiever te communiceren tijdens het reizen in Finland of in gesprekken met Finse sprekers over dit onderwerp. Elk van deze woorden kan worden uitgebreid met meer specifieke terminologie afhankelijk van uw behoeften en interesses. Veel succes met uw taalstudie!

Verbeter je taalvaardigheden met AI

Talkpal is een AI-ondersteunde taalleraar.
Leer 57+ talen 5x sneller met innovatieve technologie.