Woorden om het weer in het Frans te beschrijven

Het weer is een veelbesproken onderwerp, ongeacht in welk land je je bevindt. Of je nu een praatje maakt met een lokale inwoner of je dag plant, het is altijd handig om de juiste woorden te kennen om het weer in het Frans te beschrijven. In dit artikel vind je een lijst van Franse weersgerelateerde woorden en uitdrukkingen die je zullen helpen in je gesprekken over het weer.

Le temps – Het weer
Quel temps fait-il aujourd’hui?
Dit is het algemene woord voor ‘het weer’ in het Frans en wordt vaak gebruikt om een gesprek over het weer te starten.

Le soleil – De zon
Le soleil brille fort aujourd’hui.
Dit woord wordt gebruikt om te beschrijven dat de zon schijnt.

Ensoleillé – Zonnig
Il annonce une journée ensoleillée.
Gebruik dit bijvoeglijk naamwoord om te zeggen dat het zonnig is.

La pluie – De regen
La pluie tombe sans arrêt.
Dit is het standaardwoord voor ‘regen’ en wordt gebruikt wanneer het regent.

Pluvieux – Regenachtig
Il fait un temps pluvieux aujourd’hui.
Dit bijvoeglijk naamwoord geeft aan dat het regenachtig is.

Le nuage – De wolk
Il y a beaucoup de nuages dans le ciel.
Dit woord wordt gebruikt om te verwijzen naar wolken in de lucht.

Nuageux – Bewolkt
Le ciel est nuageux ce matin.
Dit bijvoeglijk naamwoord betekent dat het bewolkt is.

Le vent – De wind
Le vent souffle fort aujourd’hui.
Gebruik dit woord om te spreken over de wind.

Venteux – Winderig
C’est une journée venteuse, prends ton manteau.
Dit bijvoeglijk naamwoord wordt gebruikt om aan te geven dat het winderig is.

La tempête – De storm
Une tempête approche de la côte.
Dit woord beschrijft een sterke storm.

Orageux – Stormachtig
Le temps est orageux, mieux vaut rester à l’intérieur.
Gebruik dit bijvoeglijk naamwoord wanneer je wilt zeggen dat het stormachtig is.

La neige – De sneeuw
La neige recouvre les rues de la ville.
Dit woord wordt gebruikt wanneer het sneeuwt.

Neigeux – Sneeuwachtig
Il prévoit une journée neigeuse demain.
Dit bijvoeglijk naamwoord geeft aan dat het sneeuwachtig is.

Le brouillard – De mist
Le brouillard est si épais que je ne vois pas la route.
Gebruik dit woord om mistige omstandigheden te beschrijven.

Brumeux – Mistig
Il fait brumeux ce matin, sois prudent sur la route.
Dit bijvoeglijk naamwoord gebruik je als het mistig is.

Le gel – De vorst
Le gel a couvert les plantes de glace.
Dit woord wordt gebruikt om te spreken over vorst.

Gelé – Bevroren
Attention, les routes sont gelées ce matin.
Dit bijvoeglijk naamwoord betekent dat iets bevroren is, vaak gebruikt in de context van wegen of andere oppervlakken.

Het leren van deze woorden zal je niet alleen helpen om het weer in het Frans te beschrijven, maar ook om je luistervaardigheden te verbeteren en meer betrokken te raken bij dagelijkse gesprekken in het Frans. Weergerelateerde uitdrukkingen zijn immers een uitstekende manier om een gesprek te beginnen en te oefenen in een nieuwe taal. Dus de volgende keer dat je de kans krijgt, probeer dan enkele van deze uitdrukkingen te gebruiken en kijk hoe je gesprekspartners reageren. Veel succes met je Franse taalavontuur!

Verbeter je taalvaardigheden met AI

Talkpal is een AI-ondersteunde taalleraar.
Leer 57+ talen 5x sneller met innovatieve technologie.