Wanneer u zich in een Franstalige omgeving bevindt, kan het onderhandelen over prijzen een belangrijke vaardigheid zijn, vooral op markten of in winkels. Hier zijn enkele nuttige Franse woorden en zinnen die u kunt gebruiken om over prijzen te onderhandelen.
Négocier – Onderhandelen
Pouvez-vous négocier le prix avec le vendeur?
Dit werkwoord wordt gebruikt om het proces van onderhandelen in het algemeen te beschrijven.
Prix – Prijs
Quel est le prix de ce sac?
Het woord ‘prix’ verwijst naar de kosten van een item of dienst.
Trop cher – Te duur
C’est trop cher, pouvez-vous baisser le prix?
Gebruik deze uitdrukking om aan te geven dat de prijs hoger is dan wat u bereid bent te betalen.
Moins cher – Goedkoper
Avez-vous quelque chose de moins cher?
Deze uitdrukking wordt gebruikt wanneer u op zoek bent naar een goedkopere optie.
Réduction – Korting
Pouvez-vous me donner une réduction?
Vraag met dit woord om een korting op de prijs.
Offre – Aanbod
Quelle est votre meilleure offre?
Gebruik dit om te vragen naar het beste wat de verkoper kan bieden.
Marchander – Afdingen
Je ne suis pas très bon pour marchander.
Dit woord wordt specifiek gebruikt voor het afdingen van prijzen, vaak in een marktsetting.
Accord – Overeenkomst
Nous avons un accord?
Gebruik dit woord om bevestiging te vragen of te geven dat er een overeenkomst is bereikt.
Économiser – Besparen
Je cherche à économiser un peu d’argent.
Dit woord wordt gebruikt wanneer u wilt aangeven dat u geld wilt besparen.
Coûter – Kosten
Combien cela va-t-il me coûter?
Vraag met dit werkwoord hoeveel iets u zal kosten.
Proposition – Voorstel
Voici ma proposition, qu’en pensez-vous?
Gebruik dit om uw eigen aanbod of voorstel in de onderhandelingen naar voren te brengen.
Comparer – Vergelijken
Je dois comparer les prix avant de faire un achat.
Dit werkwoord wordt gebruikt wanneer u prijzen van verschillende items of diensten wilt vergelijken.
Valeur – Waarde
Quelle est la valeur de cet objet?
Dit woord wordt gebruikt om de waarde van een item te bespreken, wat kan helpen bij het onderhandelen over de prijs.
Négociable – Onderhandelbaar
Le prix est-il négociable?
Gebruik dit woord om te vragen of de prijs flexibel is.
Finaliser – Afronden
Nous pouvons finaliser la transaction maintenant.
Dit woord wordt gebruikt om het einde van een onderhandeling en de afronding van een overeenkomst te markeren.
Marché – Markt
Je vais au marché pour trouver les meilleurs prix.
Dit woord verwijst naar de plaats waar vaak wordt onderhandeld, zoals een lokale markt.
Door deze woorden en zinnen te gebruiken, kunt u effectiever communiceren en hopelijk betere prijzen bedingen tijdens uw verblijf of reis in Franstalige gebieden. Oefen ze regelmatig om uw vaardigheden te verbeteren en meer vertrouwen te krijgen in uw onderhandelingen.